Deze geroosterde wortels met kurkuma en labneh kun je serveren bij gebraden kip of als salade bij iets stevigers, zoals een stoofschotel. Ik gebruik het vaak als een soort kruising tussen een salade en een bijgerecht, als ik geen tijd heb om allebei te maken.
Het uniek aardse van verse kurkuma maakt echt het verschil, vooral als de stukjes een beetje té donker en krokant worden tijdens het roosteren van de wortels, maar gemalen kurkuma is een volledig acceptabel alternatief.
Door het roosteren gaan de wortels karamelliseren en krijgen ze een intense smaak, zonder dat de knapperige textuur verloren gaat. Als je de zaden er meteen bij doet, hoef je die niet apart te roosteren om de smaak naar voren te halen. Wel zo makkelijk! Als ik het mezelf nog makkelijker wil maken, laat ik de bladgroenten weg.